Page 38 - Algemene Anatomie Atlas
P. 38
HET SPIERSTELSEL
DE ONDERARM. OPPERVLAKKIGE SPIEREN
ACHTERAANZICHT
lange radiaire
polsstrekspier
binnenste beenmassief
of epitrochlea Een platte spier die onder de
radiaire armspier ligt. Hij
Een benig uitsteeksel aan de pees van de driehoofdige ontspringt in de buitenste rand
binnenkant van de onderkant armstrekspier van het opperarmbeen, kruist de
van het opperarmbeen, waar buitenste rand van de onderarm,
de ligamenten van het kruist als pees over het
ellebooggewricht en de spieren polsgewricht en is verbonden met
van de onderarm ontspringen. de basis van het tweede
middenhandsbeentje. Bij
samentrekking wordt het tweede
elleboogsspier middenhandsbeentje gestrekt en
Een platte, driehoekige spier komt de hand in het verlengde
die ontspringt in de van de onderarm te liggen.
epicondylus van het
opperarmbeen en loopt naar
de achterste rand van de
ellepijp. Hij werkt samen met vingerstrekspier
de driehoofdige armstrekspier
bij het strekken van de Een platte spier die ontspringt in
onderarm. de epicondylus van het
opperarmbeen. Hij loopt naar
beneden en splitst zich op in drie
ulnaire polsbuigspier fascikels of bundels die
uitmonden in pezen en onder de
Een spier die aan de peesband van de
binnenkant van de onderarm vingerstrekspieren door lopen
ligt. Hij ontspringt aan de naar de tweede en derde
bovenrand van de pitrochlea vingerkootjes van de tweede,
van de opperarm en in de derde, vierde en vijfde vinger. De
elleboogholte van de ellepijp spier strekt het derde
of ulna. Hij loopt langs de vingerkootje ten opzichte van het
binnenkant van de ellepijp tweede, het tweede kootje ten
naar beneden, kruist het opzichte van het eerste, de 41
polsgewricht en is door vingers ten opzichte van de
middel van een pees hand, de hand ten opzichte van
verbonden met de de onderarm en de onderarm ten
handwortel. Hij buigt de hand opzichte van de opperarm.
ten opzichte van de onderarm
en draait de handpalm naar
buiten korte radiaire
polsstrekspier
Een spier die aan de buitenkant
van de onderarm ligt, onder de
peesbladschede van de buitenste radiaire spier. Hij loopt
onderarm van de epicondylus van het
Cilindervormige schede die de opperarmbeen en het buitenste
spieren in de onderarm bedekt. ligament van het
Aan de bovenkant is de schede ellebooggewricht naar het
verbonden met de epitrochlea polsgewricht en is verbonden
van het opperarmbeen. met de onderkant van het derde
middenhandsbeentje. Bij
samentrekking wordt de hand
naar achteren naar de onderarm
lange ulnaire getrokken in extensie.
polsstrekspier
Een spier die schuin over de
achterzijde van de onderarm
loopt, van de epicondylus van
het opperarmbeen, over het lange
ellebooggewricht naar het duimafvoerderspier
vijfde middenhandsbeentje. Bij Spier die van de achterzijde van
samentrekking wordt de hand de ellepijp en het spaakbeen
in extensie achterwaarts naar de onderkant van het
gebogen richting de onderarm eerste middenhandsbeentje
en tegelijkertijd in adductie loopt en onder het achterste
naar binnen gebogen. polsligament door over het
pinkstrekspier peesband van de
Een lange, dunne spier die vingerstrekspieren polsgewricht loopt. Hij draait de
duim naar buiten in abductie en
over de achterzijde van de Vezelachtig bindweefsel de rest van de hand en roteert
onderarm loopt, van de dat over de achterzijde van deze.
epicondylus van het het polsgewricht ligt. De
opperarmbeen naar de laatste pezen van de spieren aan
twee middenhandsbeentjes de achterzijde van de
van de pink, waar hij door onderarm lopen onder het
middel van een pees is ligament door naar de
verbonden aan de hand.
vingerstrekspier. Deze spier
trekt de vinger recht.